Uitgelezen 2019

dinsdag 31 januari 2012

KÁKgeld

Van het CAK kreeg ik zomaar weer even vijfhonderd en nog wat eurootjes. Omdat ik ziek en zielig ben. Een fijn potje voor wat extraatjes. Ik besteed het geld aan leuke dingen die ik toch ook wel moet kopen, juist omdat ik chronisch ziek ben. Vorig jaar waren dat goede schoenen en de Wii Fit-plus. Ik hield nog flink wat over. Maar ik hou ervan om wat te sparen. In een potje.
Dat potje noemen we hier lekker ordi het KÁKgeld. En ja. Dat bewaar ik dus in een KÁKpotje.

Ik overweeg van een deel van dat geld een zwemabonnement voor de komende vier maanden te kopen. Zwemmen is een goede lichaamsoefening voor mij. Geen druk op gewrichten enzo. Twee vriendinnen zijn zo gek om ieder een keer per week met me mee te zwemmen, dus zo ligt uw Purperpolletje de komende tijd heel wat keertjes te weken in een chloorbad. Zwamzwemmen, zo noemen we het.

Toen Parapol, zwembadhater, van mijn plannen hoorde, zei hij droog: 'Dan gooi je wel mooi je KÁKgeld in het water.'

maandag 30 januari 2012

Stok achter de deur

Ze waren nét binnen. Ik was de eerste klant die er een kocht.
Ik móest wat, want geld terug of een tegoedbon mocht niet. Dus paste ik iets - dat doe ik bijna nooit - en sprak mezelf moed in. Over een kilo of vijf staat ie vast heel leuk. Nóg leuker, bedoel ik.
Dus nu heb ik ook nog een stok achter de deur bij het lijnen. Oftewel een superleuk tuniekje. Maar ik mag 'm nog niet aan. Pas over vijf kilo. Dus ik ga straks nog even een rondje lopen-alsof-ik-haast-heb. Maar eerst een kopje kruidenthee. Met zonder chocolaatje. Jammer dan. Maar ik moet niet denken in wat ik niet eet, want dat hellupt niet. Dat dacht ik eerst stiekem een beetje: vandaag én geen appeltaart én geen slagroom op de chocolademelk én geen patat én geen chips, cola en rode wijn, goed bezig! - maar niet heus.
Ik moet denken aan wat ik wel doe/eet/denk/hoop. En daar blij mee zijn. Sjonge, wat een inzicht. Ik kan wel een zelfhulpboekje schrijven. Of een website met on-linehulp exploiteren.

Na m'n rondje haastig lopen ga ik tien minuten hoelahoepen met de Wii. Rechtsom (dat lukt me nooit zo goed) en linksom. Voor een slankere taille. En de Jackknife (nee, daar laat ik geen foto van maken. Sterker nog: zo'n oefening doe ik alleen als ik ganz allein ben). En free joggen, want dan kun je ondertussen lekker zappen. Gek hè, dat free joggen kan ik prima twintig minuten volhouden, maar vraag je me een minuut écht hard te lopen, kun je me naderhand van het asfalt schrapen. Dat Start to run gedoe is (nog) niet voor mij weggelegd.

U bent er nog? Ik zwets hier een eind weg en u blijft gehoorzaam lezen? Heel aardig van u.
O.
Ik snap het al.
U wilt dat tuniekje weleens zien?

Nou. Vooruit.
Een slechte foto. Zonder mij erin. En niet meteen ook naar die winkel rennen. Deal?






zondag 29 januari 2012

De koninklijke familie viert feestjes en wij vieren mee!

Het wordt een bijzondere week, mensen. Onze vorstin verjaart en het kroonprinselijk echtpaar zal tien jaar in de echt verbonden zijn. Zij vieren dat in huiselijke kring, wij doen dat natuurlijk ook. Feestjes vanwege deze heuglijke feiten laten wij niet zomaar aan onze neus voorbij gaan.

Daarom vandaag weer eens twee hatseflatserig Purperpolrecepten. De eerste is voor een oranje hartige taart. Vegetarisch, voor de herbivoren, met wat vleesch erbij voor de carnivoren. Zal bijvoorbeeld dinsdag, op de verjaardag van onze lieve leve de koningin, uitmuntend smaken. Ook in België en de overzeese gebiedsdelen. Trouwens, waar niet?

Oranje taart met pompoen en pecannoten

Wat heeft u nodig?
  • 5 plakjes bladerdeeg
  • 1 pompoen (of een pakje voorgesneden pompoen van de diepvriesafdeling. Waarschijnlijk lekkerder, want de pompoen die ik gebruikte was wat melig geworden. Grote Pol deed de boodschappen en was even vergeten dat er ook van die handige diepvriespompoen is. Voor de foto is dat overigens wel leuker...)
  • 4 eetlepels tomatenketchup
  • veel pittige peper (ik gebruik zo'n molentje met chilipepertjes)
  • een scheutje olijfolie
  • een scheutje sinaasappelsap
  • zout
  • 150 gram pecannoten
  • drie eieren
  • 1 dl slagroom, of iets magerders. Light crème fraîche of zo. Of yoghurt, dat maakt het vast lekker fris, weet alleen niet of dat in de oven kan
  • een lepeltje (donkere) basterdsuiker
  • evt. 100 gram hamblokjes
Laat de bladerdeeg ontdooien. Snijd intussen de pompoen in stukjes (eerst halveren, dan in plakken, dan schil eraf en pitten eruit, dan stukjes maken) en maak een mengseltje met de ketchup, olie, sinaasappelsap, zout en veel peper. Gember kan er ook bij, en/of fijngesnipperde ui. Daarin kiepert u dan de pompoen, de pecannoten en evt. de hamblokjes. Dat laat u lekker even staan inwerken op elkaar.
Ondertussen puzzelt u met de plakjes bladerdeeg een fijne bodem in elkaar. Let erop dat er geen gaatjes in zitten, want dan heeft u straks een vieze oven.
Kluts drie eieren met slagroom, zout en peper en giet dat op de bladerdeegbodem. Dan het pompoenmengsel erop en een halfuur in de oven op 180° C.
Nog lekkerder met een frisse groene salade. Die kleur groen is ook geheel in stijl met deze feestdag: De Groene Draeck was toch ook een cadeautje voor de 18e verjaardag van prinses Beatrix. (Al werd de boot in 1957 gebouwd, toen Bea al lang en breed 19 was, snaptuhet, snapikhet...)

En helemaal fijn: geef de onwilligen in uw gezelschap wat broodjes hamburger. Dan heeft u tenminste geen omkijken meer naar die smakeloze puberhorken.






Voor donderdag, 2-2-2012, een herhaalde plaatsing van een soepreceptje. Wortelsoep. Heel oranje en heel vegetarisch. Ik zou niet weten waarom u hier vleesch aan zou toevoegen. Behalve dan dat Maxima Argentijns is, en dat een Argentijnse biefstuk dan misschien wel gepast lijkt. Maar niet als je niet van zoveel vleesch houdt. En van vleesch dat helemaal de Atlantische oceaan moest oversteken. Dus toch maar wortelsoep!

Komt ie:

Wortelsoep voor minstens vier personen (als maaltijdsoep), met zeker nog een restje voor de volgende dagIn wat olie kerrie en paprikapoeder even laten verbranden, dan krijgt het veel meer smaak. Snipper twee uien, snijd een aantal knoflookteentjes in dunne plakjes en fruit dit alles bij het kerrie/paprikapoedermengseltje.
Schil ondertussen zo'n 800 gram winterwortels en snijd ze in plakjes. Dat doe ik in de keukenmachine. De wortelschijfjes in de pan kieperen en ook even fruiten.
Breng ondertussen anderhalf liter water (denk ik, ik meet het nooit) aan de kook en voeg het dan toe aan de wortelprut.
En ook nog een scheut gembersap uit een potje en een aantal gemberbolletjes / flinke schep bakgember / 1 cm geraspte verse gember, twee bouillonblokjes (ik gebruikte bospaddenstoelen- en groente-) en een blikje / pakje kokosmelk. Voor extra kindvriendelijkheid ook eventueel nog een schepje suiker. Dit alles aan de kook brengen.
Dan een paar aardappeltjes schillen (200 gram of zo?), klein snijden en hup, erbij doen.
Dat alles ongeveer 20 minuten laten pruttelen.
Hierna de soep pureren met de staafmixer of in de keukenmachine. Of in zo'n ouderwetse roerzeef. Maar die heb ik niet. Jammer eigenlijk. Ik heb ook geen snijbonenmolen, een heel gemis.
Koriander erbij (dat kan vers, maar ik haal het uit een potje en ik doe er echt véél in) en een flink glas sinaasappelsap.
En eventueel nog peper en zout. Of kleine stukjes gefruite paprika, of preiringetjes. Of maiskorrels. Of andere lekkere dingetjes. Mag best. Maar geen vleesch, denk erom.

Lekker met croutons en/of stokbrood.

vrijdag 27 januari 2012

Twiedeldiedom

Ooit heb ik een Twitteraccount aangemaakt om er vervolgens niets mee te doen. Vandaag zag ik dat ik toch al twee volgers heb. Wow. Leuk, hoor, ik hou wel van volgers. Hier op dit blog heb ik er opeens weer één minder, daar kan ik dus eigenlijk helemaal niet tegen.
Maar goed, die volgers op Twitter wil ik natuurlijk niet teleurstellen. Dus - tadaa - heb ik meteen maar wat getweet, en ach, het viel best mee. Al blijft het natuurlijk een raar kletsmedium waar je volgens Kunstpol dom van wordt. Schijnt wetenschappelijk bewezen te zijn.

U wilt natuurlijk weten wát ik dan twitter,
Twiedeldiedom, twiedeldiedee.
Maar ach, dat is nu verschrikkelijk bitter,
Die 140 tekens krijgt u hier niet mee.

donderdag 26 januari 2012

Go go go!

We zullen maar zeggen dat mijn eerste Start to run-les herhalenswaardig is. Gekleed in mijn sportiefste outfit (vaalzwarte sportbroek die afzakt, cottonfleecetruitje, shirtje en m'n beste Wolky's -want ik ga toch geen dure sportschoenen aanschaffen voor zo'n experiment) en gewapend met m'n mp3-spelertje, dat ik bij gebrek aan broekzak maar in mijn beha propte, stapte ik goedsmoeds de deur uit. De Vlaamse Evy zou me er wel doorheen loodsen. Dacht ik.
Het programma zou ook heel rustig beginnen. Dacht ik.

Haha.

Eerst moest ik nog even doorkrijgen dat lopen Vlaams voor rennen is, en wandelen gewoon wandelen is. Ik vond het muziekje al een behoorlijke beat hebben als achtergrondje voor een bedaard wandelgangetje, tot ik doorkreeg dat ik dus moest rennen. De eerste minuten ging dat netjes om en om: een minuut lopen, een minuut wandelen, en nog een keer. Dat kon ik. Heus wel.
Toen moest ik opeens wel twéé minuten rennen. De moed zakte me in de schoenen en mijn broek zakte nog verder af. Zo decent mogelijk hees ik 'm al rennend op. 't Viel trouwens vies tegen hoeveel mensen 'toevallig' opeens op dit tijdstip op het anders zo stille traject moesten zijn.
Ik hield het tot het wildrooster vol. Ik schat dertig seconden. Toen mocht ik van mijzelf wel weer wandelen. Want ik ben tenslotte zielig en chronisch ziek enzo. Het grappige was dat de Vlaamse Evy maar bleef roepen dat ik het goed deed en dat zo'n eerste keer reuze meevalt. Als ik niet gierend buiten adem was geweest, had ik er gierend om kunnen lachen.
Dat wandelen ging best, mensen. Dat maakte me weer overmoedig. Nog wat halfslachtige pogingen verder (van die ene boom in de verte tot die andere met die bult, van die ene lantaarnpaal tot de volgende) was ik wel overtuigd dat ik deze les nog minimaal drie keer moet gaan herhalen en genoot ik van een welverdiende rust. En een roze koek.

De volgende keer wil Kunstpol meerennen. Dat wordt lachen.
Ondertussen powerwalk ik de hele dag door. Bevalt een stuk beter.

woensdag 25 januari 2012

Bom!

Hoe komt het toch dat er elke dag - ELKE DAG!!!- een bom ontploft? Ergens hier in huis, in één van de kamers. Altijd op die ene kamer. Elke dag weer een afgrijselijke puinhoop daar.
Hoe Komt Dat Toch?

En nee. Geen foto. Dat zou de grenzen van de privacy van een bepaald persoon in Huize Pollenstein te ver overschrijden.

dinsdag 24 januari 2012

Pukkie is dood

Pukkie, de hamster van Ruben waar ik laatst nog over schreef, is dood. Ruben maakte er bij mij een verhaal over. De mooiste zinnen:

B. vond hem en toen riep hij: Pukkie is dood. Mijn moeder dacht nog: dat is geen leuk grapje, B. Maar het was echt.

A (zusje) ging naar boven. We wisten niet wat ze ging doen. Maar ik denk dat ze even alleen wilde zijn.

We maakten eerst een heel diep gat. Toen deden we Pukkie een mooi theedoosje. Ik legde haar in het gat. Ik mocht het eerste zand gooien. Toen B., toen A. en toen Papa en toen was Pukkie begraven. We zetten er een stokje op. Zo zullen we Pukkie nooit vergeten.

Toen het avond was, ging ik naar bed. Toen moest ik opnieuw huilen. Het barstte gewoon helemaal los. A. heeft me zelfs gehoord.

Er moest nog een droevig hamsterplaatje onder. Samen googelden we wat, op zoek naar iets geschikts. Ruben koos voor dit plaatje ;)

maandag 23 januari 2012

"Joehoe, ik ben even een rondje lopen!"

Mensen, ik heb een droom. I have a dream.
En ik ben een gek mens, want ik denk dat die droom uit kan komen. Da's per definitie al heel vreemd, want de meeste dromen zijn bedrog (sorry, nu zit dat liedje misschien weer de hele dag in uw hoofd, dat was nu ook weer niet de bedoeling). Nee, het is nog veel vreemder, want het is een totaal onrealistische droom en toch blijf ik denken dat ie bewaarheid gaat worden. Ook al stapelt bewijs tegen op bewijs tegen zich op.
Wat droom ik dan? Dat ik het rondje bos dat ik regelmatig wandel ook rennend kan afleggen. Na training, zo realistisch ben ik wel. Vijf kilometertjes, hooguit. IEDEREEN die een uur kan wandelen, zou ook vijf kilometer kunnen rennen, zeggen ze. Je schijnt programmaatjes te kunnen downloaden, waarmee je dat netjes kunt opbouwen. (Wie heeft een tip?)

Weet je, het lijkt me geweldig als dat zou kunnen. Uw eigenste Purperpolletje die zomaar even vijf kilometers wegrent. Die een uurtje voor ze moet gaan koken de Polletjes topfit toeroept: 'Ik ga nog even m'n rondje doen, hoor. Ik ben zó terug.' En dat ik dan fluitend de deur achter me dichttrek en soepel in een drafje de hondenpoepjes ontwijk. Dat mijn haren zo'n beetje leuk achter m'n hoofd zwieren, dat mijn lichtvoetige tred de eekhoorntjes verleidt een eindje mee te huppelen, dat de kikkertjes bij de paddenpoel bewonderend kwaken, dat ik dan de uitgelaten honden ver achter me laat als ze grommend op me af komen rennen, dat ik de zon zie ondergaan (opkomen, dat is nog een heel andere uitdaging), de vliegjes in het avondlicht zie dansen. Dat ik dan ter afwisseling ook eens een eindje huppel, want huppelen is mijn lievelingsbeweging, en tussendoor bij het hek van Het Gelderse Landschap mijn beenspieren een beetje stretch. En dat ik dan na een halfuurtje of zo fris thuiskom waar de Polletjes me een glaasje water aanbieden voor ik onder de douche spring (niet dat ik gezweet heb, dat niet, natuurlijk).

Zoals ik al schreef: IEDEREEN die een uur kan wandelen, zou ook vijf kilometer kunnen rennen. Maar ik ben niet iedereen. Hier volgt een fractie van het bewijs tegen.

  1. Tien kilo geleden (en bedenk zelf maar of ik lichter of zwaarder ben geworden) zei een moeder van school al tegen me dat ik niet het postuur en de bouw had om te rennen.
  2. Van een uurtje wandelen krijg ik al rugpijn. En kniepijn. En enkelpijn. En pijn in mijn keel (echt hoor!). En een hoge hartslag.
  3. Ik struikel al over een dwarsliggend kiezeltje.
  4. Honden rennen harder dan tien kilometer per uur.
  5. Ik wil geen geld uitgeven aan goede sportschoenen.
  6. Mijn haar is niet lang genoeg om achter m'n hoofd te zwieren.
  7. Als ik ren, hobbelt en bobbelt er het een en ander aan lichaamssupplementen mee. Dat is leuk voor even, als ik alleen in de kamer zonder spiegels en reflecterende ramen en ruiten ben. Niet in het Openbare Bosch.
  8. Beenspieren stretchen? Welke beenspieren?
  9. Ik krijg altijd een heel rood hoofd bij inspanning, omdat mijn hoofd niet kan zweten (ik weet ook niet waarom). Iedereen die mij ziet gaat spontaan 112 bellen.
  10. Eekhoorntjes zijn bang voor mij. Dat ligt niet aan mijn snelheid.
  11. Er mogen geen olifanten in het bos.
Zo. Maar goed. Ik kan het natuurlijk gaan proberen.
Wat denkt u nu?




zaterdag 21 januari 2012

Biovies

Grote Pol en ik willen eigenlijk veel vaker zonder vlees eten, en als we vlees eten, is dat biologisch. Dit alles tot groot verdriet van de Polletjes, die het liefst elke dag grote worsten en lappen vlees wegwerken. Groot is mooi en veel is lekker, is hun motto. Likkebaardend denkt Parapol terug aan zijn profielwerkweek in Berlijn waar hij voor vijf euro onbeperkt schnitzels zo groot als zijn schoenzolen mocht eten.
In Amsterdam zit een vegetarische slager. De Polletjes kunnen er met hun verstand absoluut niet bij en toen ze het hoorden, rolden ze van hun stoel van  het lachen. Het lachen verging hen toen we wel twee dagen zonder vlees, maar met tempeh (vies) en Griekse groenteschijven (extreem smerig), aten.

Na een zoveelste mopperbui op onze eetgewoontes, we eten óók nog zelfgebakken brood - dat er overigens in mijn ogen heel gewoon uitziet - werden de heren lollig en ontstond onderstaande op het gehoor idealekinderen-sociaal-wenselijke conversatie, waar de ironie vanaf droop... U had ze moeten horen:

P: zeg, Kunstpol, zullen we naar de vegetarische slager?
K: ja, jottum, dat gaan we doen! dan kopen we daar een fijne voorraad biologisch vegetarisch vlees.
P: ja,  mieters heerlijk en zo voedzaam en vol vitaminen en mineralen.
K: vol met de broodnodige voedingsstoffen voor onze lichamen-in-de-groei.
P: ja. heel fijn voor onze darmflora en zo duurzaam en diervriendelijk.
K: weet je wat, dan kopen we er ook biologisch geteelde ecologische organische sojabonen bij.
P: ja een doe-het-zelf pakket om ons eigen biologisch vegetarisch vlees te maken, dat wordt heel plezierig en fijn. o, wat zullen we smullen.
K: we moeten wel een nieuwe naam bedenken voor het brood dat papa en mama bakken, want brood is een beschermde term. dat spul mag geen brood heten.
P: uhm. iets met bio!
K: iets met vies!
P+K: BIOVIES!!!!

donderdag 19 januari 2012

Hamsterweken


De hamsterweken van onze grootgrutter zijn prettig. Twee voor de prijs van één, da's fijn, da's mooi. Daar raakt je voorraadkast op een voordelige manier weer even lekker vol van. Over een maand of wat is die voorraad echter weer weg en bent u de hamsterweken weer vergeten, tenzij u toevallig die enige gelukkige bent met de nieuwe keuken.


Maar, lieve mensen, de hamsterweken van Appie vallen in het niet bij de hamsterweken die ik onlangs heb gevierd met een van de leerlingen die ik begeleid. Dat was pas echt feest! Ik geloof dat hierdoor zijn voorraadkast blijvend gevuld is...
Wat is het geval? Ik geef remedial teaching aan een jongen, laten we hem Ruben noemen, met een ernstige spraak-/taalstoornis. Niets gaat gemakkelijk, weinig is daarom leuk. 'Lezen is saai,' roept hij als ik weer kom aanzetten met een minder kleurig en fleurig, maar didactisch en pedagogisch zéér verantwoord boekje op zijn niveau.
Hij overschreeuwt zichzelf. Bang, onzeker en faalangstig worstelt hij zich vaak door de schooldag heen.
Met Ruben heb ik een band opgebouwd. Ik heb al eerder, hier, over hem geschreven. Inmiddels vertelt hij honderduit, schept op over zijn sport, zijn speelgoed, is trots op zijn broer en zus, tapt moppen en stelt vragen, deelt zijn twijfels en angsten, maar ook zijn glorie en victorie.
In november zou Ruben een hamster krijgen. Hij telde de dagen en kon niet wachten. Het lezen met mij en in de klas lukte inmiddels bijna niet meer. Met moeite las hij in tien minuten een woordje of tien.
Ik besloot naar de bibliotheek te gaan en wat informatieve boekjes over de hamster te lenen. Gelukkig hadden ze daar een heel geschikt boekje met veel foto's en korte, aansprekende teksten. Ruben reageerde dolenthousiast. Met een verliefde blik bekeek hij de foto's en vond alles schattig. We bladerden het boekje door, bespraken wat we zagen en gingen voorzichtig 's wat lezen. Elke keer twee bladzijdes. Eerst samen, dan alleen. Wat een succes!
Zorgvuldig ontcijferde hij de langere woorden, gretig las hij de teksten bij de foto's. Al gauw was het boekje uit. Ruben kon de teksten behoorlijk vloeiend en vlot lezen. Wat nu? We gingen onze eigen hamstertekst maken:



Ruben oefende het lezen van de tekst bij mij en las daarna de tekst zelfs voor aan de hele klas. Mijn dag kon niet meer stuk! Ik vond het zo ontroerend en was supertrots op Ruben.

Sindsdien bouwen we voort op deze tekst. Het lezen gaat nog niet veel sneller, maar de leesmotivatie groeit langzaam en da's zo mooi, mensen, zo mooi.

woensdag 18 januari 2012

Ik knip, hij knipt, wij knippen

De nieuwe Allerhande was er. Ik scheurde wat. Iets met vlees, iets met vis en favoriet bij mij: iets vegetarisch.


Hij knipte ook. Iets met snoep, iets met veel worstjes, iets met pringles, nog iets met snoep, iets met zakken chips en iets met friet. En hij plakte het, als duidelijk statement, op zijn slaapkamerdeur.


dinsdag 17 januari 2012

Juf, wat bent u mooi!

Eeuwenlang droeg ik geen make-up. Daarvoor, in de middeleeuwen zeg maar, gebruikte ik af en toe 's wat oogdinges, maar nee, ik ben geen make-upper. Ook nooit een barbie- of paarden-en-zeehondenmeisje geweest. Ik weet niet of dat verband houdt met elkaar, maar dat zou toch zomaar kunnen.
Doordat ik een tijdje geleden op het blog van Mrs. T. een reactie las over mascara, dat dat eigenlijk iedereen (v) staat, ging het toch weer kriebelen. En ik kocht er een, want de oude stamde dus nog uit de middeleeuwen en de inhoud leek wel oud-Hollandse brokkenpap.
En sinds een dag of drie ben ik een gebruiker.
Niemand hier in huize Pollenstein die het ziet, overigens. Maar meisje M., een fanatiek turnend paarden-en-zeehondenmeisje met talloze barbies op haar roze kamer, zag het vanmorgen meteen. 'Juf, wat bent u mooi. Met mascara kijkt u veel blijer.'

Ik ben om. Voor altijd. Het hek is van de dam. Morgen smeer ik er nog wat oogschaduw bij, tenzij die meer lijkt op groen uitgeslagen boerenbelegenschimmelkaas.

maandag 16 januari 2012

Hoofdpijnpillen, kopzorgen en buikpijndossier

Vrijdag berichtte ik over die fijne bloeddrukpil die voor een fikse dosis kopzorgen zorgde. Met de hoofdpijn gaat het iets beter. Gek eigenlijk, ik bedoel dus eigenlijk dat het met mijn hoofd beter gaat en niet met de pijn. Maar dat had u al begrepen, u bent een intelligente lezer.

Nu heb ik weer iets anders om over te mekkeren. Zoals u wellicht weet ben ik op zoek naar nieuw werk. Het hoeft niet veel te zijn, met een uur of tien interessant werk ben ik al blij. Nu dacht ik iets gevonden te hebben. Iets wat op mijn lijf geschreven staat. Vind ik zelf dan. En veel anderen ook. Die anderen zijn niet de minsten, het zijn van die mensen die mij kennen en die het kunnen weten. Ik zou zzp'er worden en dan dyslexiebehandeling gaan geven aan kinderen met ernstige enkelvoudige dyslexie.

Het enige minpuntje was dat ik er een opleidinkje voor moest gaan volgen, helemaal in Tilburg. Da's ver voor een provinciaaltje als ik... Maar ook daar had ik een mouw aan gepast. Ik zou lekker een paar dagen in een B&B verblijven, verlost van de druk(te) van de Polletjes. Mensen, een halve vakantie zou het gaan worden.

Toch had ik er buikpijn van. Die rust, die innerlijke vrede, waar ik de laatste tijd zo blij mee was, die was ganz verschwunden. Vannacht lag ik er weer eens wakker van en hoe vaak ik het achterstevorene Wilhelmus ook zong, het hielp niets. Tellen met ademhalingsoefeningen en al die andere kunstjes die u mij steeds aanraad voor dit soort gelegenheden - het mocht allemaal niet baten. Waarom werd dit dan toch zo'n buikpijn-met-trillende-benendossier?

Na wat bloedstollend spannende telefoontjes vandaag loopt het spoor dood. Ik mág zelfs niet eens die opleiding gaan doen van een meneer die daar de beslissingen neemt, want ik ben 'maar' Master Special Educational Needs Gedragsspecialist. En dat is niet iets met dyslexie. Een  andere meneer die zeg maar mijn opdrachtgever zou gaan worden vond het wél goed, maar blijkbaar denkt die meneer over wel meer dingen wat te gemakkelijk.
Nou. Daar ben ik mooi klaar mee. Maar nu ik dit weet, is mijn buikpijn ook weg. Helemaal vanzelf, zonder pilletje.

Weet u wat ik ga doen? Ik ga m'n bloeddruk maar eens meten. Wedden dat ie goed is?

Hm. Beetje te hoog.

vrijdag 13 januari 2012

Diagnose: Stresskip

"Tja, ik verander acuut in een stresskip, zodra ik die bloeddrukmeter zie...' lachte ik m'n verlegenheid weg.
'Stresskip,' tikte m'n arts ijverig in mijn gloednieuwe ELPD. De afdeling Interne geneeskunde was net die dag overgegaan op het ELectronisch PatiëntenDossier en meteen misbruikte de goede man mijn eigen woorden. Nu sta ik in medisch Nederland voor eeuwig gebrandmerkt als een bloednerveus typetje.
M'n bloeddruk was weer eens veel te hoog en dat werd er niet beter op door deze invalarts. Hij wilde meteen ook nog een bloeddrukmeting-in-rust. Dat betekent dat je in een gehorig kamertje onder felle tl-verlichting op een harde behandeltafel moet liggen met een bloeddrukmeter die om de vijf minuten zuchtend en steunend zichzelf opblaast en je ganse bloedsomloop in je rechterarm tijdelijk stillegt.
Door de invoering van het ELPD duurde alles al zo lang: ik had me al een uur in de wachtkamer zitten opvreten voor ik binnen werd geroepen bij die arts. Dat hele uur was ik me al bewust van de reeds opgemeten enorme bloeddruk en dat gewicht van mij dat op de weegschaal van het ziekenhuis nog erger tegenvalt dan thuis. Daardoor was die bloeddruk alleen nog maar verder gestegen. Ook al wist ik dat het eigenlijk wel goed zat, want thuis heb ik ook zo'n meter en mensen: een bloeddruk om te zoenen had ik afgelopen weekend.
Maar dat wilde de arts niet geloven. En terecht, ik zou mij ook niet geloven. Zeker niet bij zo'n verschil in metingen.
De bloeddrukmeting-in-rust (maar niet heus) leverde niet veel beters op. Mijn hart, dat al onrustig was, pompte mijn warme bloed nog veel te krachtig door m'n vaten.


Dus moet deze stresskip er weer een bittere pil bij slikken. Een pil waar ik niet blij van word, maar wel erge hoofdpijn van krijg. Die maakt dat ik m'n hoofd amper durf te draaien en daas door het huis strompel. Dus moet ik ook nog paracetamol. Dat maakt een pilsaldo van minimaal achttien per dag. En daar kun je mooie patroontjes van leggen. Bijvoorbeeld van een stresskip.


Voor meer DWZI klik hier!

woensdag 11 januari 2012

Waterraket en rookmelder

Vandaag kwam Kunstpol met z'n eerste onvoldoende van dit schooljaar thuis. Voor technologie. De Polletjes hebben niet zoveel met dat soort vakken, ook al lijkt het wel heel wat. Ideeën zat, maar totaal onrealistisch. Zo kwam een van de Polletjes laatst bij zijn opa met een stuk oude fitting van een gloeilamp uit de Tweede Wereldoorlog. Een roestig gevalletje, geen glas meer te bekennen en de stroomdraad ontbrak. Of opa die weer kon laten branden. Opa kan veel, maar niet alles, bleek.
Ach. Opa van z'n voetstuk gevallen, de Polletjes wéér een illusie armer.

Ik ben allang blij dat ze hun eigen fietsbanden kunnen plakken. Alhoewel? Mijn hulp is daarbij wel erg gewild en meestal hard nodig.

Van Grote Pol kunnen ze het niet verwachten, die man is gezegend met twee linkerhanden. De batterijen van de rookmelder vervangen is al te veel gevraagd. Verder is hij best lief, hoor. Soms.

Toen de Polletjes nog klein en avontuurlijk waren en ik nog dacht dat ze wel een beetje technisch talent bezaten, bekeken we samen deze site.
Met de waterraket hebben ze het meest lol gehad. Gewoon van een leeg drinkflesje, niks geen gedoe met vleugels eraan. Het enige lastige is het vinden van een gaaf fietsventiel, inclusief stukje binnenband. Bij de fietsenmaker zijn ze zo te krijg, maar meestal mist er dan een stuk ventiel dat je juist nodig hebt.
Van harte aanbevolen, ook voor meisjes, want hier in huize Pollenstein leert de ervaring dat technisch talent niet gekoppeld is aan een bepaalde dosis testosteron ofzo. Nee, we zijn roldoorbrekers.

Als u mij even wilt verontschuldigen, ga ik even iets leuks doen met de rookmelder.

maandag 9 januari 2012

Wat ik allemaal BIJNA kocht

We gingen een dagje uit en de Polletjes mochten kiezen waarheen. De Polletjes zijn gekke jongens die niet 'gemiddeld' zijn. Ze dachten namelijk geen seconde aan karten, een schreeuwlelijk pretpark, een domme actiefillum of een klimwand.
Ze wilden naar kringloopwinkels en naar Bredevoort. Da's het walhalla voor Polletjes: een stadje met heel veel tweedehandsboekwinkeltjes. Zo toerden we gemoedelijk door Doetinchem waar we twee kringlopen bezochten en slenterden we boekwinkeltjes in en uit.

Wat ik niet kocht, maar wel bijna, was een heleboel.
En zo stom: ik bedacht pas toen we op weg naar huis waren dat ik overal foto's van had moeten maken als bewijs voor u en leuk-voor-een-blogje. Nu moet ik die dingen wel even tekenen, anders snapt u er niets van, denk ik.

- een kopergouden gedutste trompet in zo'n prachtige met rood fluweel beklede foedraal.


- een grammofoon met zo'n toeter, maar dan zonder dat luisterende hondje.

- een merkwaardige wandelstokstep.
- een gek houten kastje met venstertjes met ronde luikjes ervoor en gekke getalletjes en een soort kassarolmechanisme van binnen. Misschien wel zo'n klok voor een postduif. Of voor een schaakpartij. Of voor een ouderwetse telefooncentrale. Of voor een gekke onbekende sport die nu uit de mode is. Kraket, schormen, kinkelen of tretsen.
- een ouderwets nachtkastje met van die lange poten, een piepend laatje en een marmeren tafelblad.
- een lange zwarte leren jas. Maar de Polletjes hadden er te veel Gestapogedachtes bij.
- een miniquad.
- een cursus tekenen en schilderen voor beginners in 42 delen.
- twee oerlelijke bierglazen. Ik kon de koop nog net tegenhouden.
 
Wat ik wel kocht: een Hema Breiboek uit het jaar 0 en een rol inpakpapier.
Ik weet het. We hadden die bovengetekende dingen allemaal wél moeten kopen, en dat Hema breiboek niet. Dat was veel leuker geweest. Dan had u gezegd: 'nounou, die Purperpol, die heeft een originele smaak.'Dan had ik kunnen bloggen over mijn tochtjes op de miniquad. En geluidsopnames kunnen posten van zelfgemaakte trompetmuziek. En dan was het nog 's wat geworden met dat geteken en geschilder. En met dat kastje waren we ongetwijfeld wereldkampioen knapperbal geworden.

Maar ja. Nu is het te laat.

En het scheelt een boel ruimte hier in huis. Dat dan weer wel.

Voor meer DWZI klik hier!

zaterdag 7 januari 2012

Letterwaarde

In het artikel 'Wat zegt een naam?' in het tijdschrift Onze Taal, het eerste nummer van 2012, gaat het over wat namen met je doen. Je gaat leven naar je naam, is de strekking. Ik zie dat heel duidelijk gebeuren bij kleuters, die zichzelf identificeren met hun naam, die ze nu overal herkennen en waarvan ze de letters ook telkens tegenkomen en waarvan ze zeggen: 'Dat is MIJN letter.' Ik weet nog dat ik apetrots was toen ik mijn eigen naam opeens helemaal zelf kon schrijven. Dat opgetogen gevoel, kunt u zich dat ook nog herinneren?
Even terug naar het artikel. Het interessantst vond ik deze passage:

…De psycholoog Smeets  rekende in zijn proefschrift uit 2009 namelijk uit dat mensen hun eigen naamletters bovengemiddeld vaak gebruiken in geschreven teksten. Dat geldt voor samenvattingen van wetenschappelijke onderzoeksartikelen, maar ook voor simpele schrijfsels over trivialiteiten. Frappant: in formele stukken gebruiken mensen de achternaamletters vaker, bij informele geschriften juist de voornaamletters. Nog frappanter: mensen gebruiken letters uit de eigen naam vooral in positieve termen, en vermijden ze in woorden met negatieve betekenissen.. ….

Dit blog staat vol met simpele schrijfsels over trivialiteiten. Meestal ook nog eens in positieve termen. Zo'n passage roept de professor in mij wakker. (Nu ben ik helemaal geen professor, maar dat hoeft niemand te weten. Er zijn wel meer mensen die dat zo doen...)
Tijd voor een experiment! Ik ga een oud berichtje analyseren. Een wat langer blogje, om het zo wetenschappelijk mogelijk aan te pakken, namelijk dit bericht(Op zich een heel lollig en lezenswaardig berichtje, leuk voor de mensen die nog niet zo lang meelezen. Is tenminste een stuk interessanter dan dit geneuzel hier!) Van alle letters van het alfabet tel ik de frequentie, dat gaat gemakkelijk in Word, met de optie zoeken en vervangen door een spatie. Zo kun je controleren of je ze allemaal gehad hebt. Die letters geef ik waardes, omdat bijvoorbeeld de y veel minder voorkomt dan de d. De waardes ontleen ik aan de Nederlandse versie van het scrabblespel en dan ga ik dus kijken of het waar is, of de letters L, Y, D, I en A hogere totaalwaardes geven dan de andere letters.
 
Analyse blogtekst


Letter
Scrabble-waarde
X aantal
Totale waarde:
A
1
259
259
B
3
56
168
C
5
33
165
D
2
164
328
E
1
648
648
F
4
19
76
G
3
102
306
H
4
88
352
I
1
183
183
J
4
76
304
K
3
108
324
L
3
167
501
M
3
84
252
N
1
329
329
O
1
234
234
P
3
78
234
Q
10
0
0
R
2
231
462
S
2
168
336
T
2
236
472
U
4
86
344
V
4
58
232
W
5
58
290
X
8
0
0
Y
8
1
8
Z
4
69
276
















Gemiddelde waarde van alle 26 letters: 272,42
Gemiddelde waarde van mijn naamletters: 255,8

De gemiddelde waarde van mijn naamletters is dus lager dan de gemiddelde letterwaarde!!! Maar ja. Wie heet er dan ook Lydia. Je kunt beter Alet of zo heten met die scrabblewaardering van letters. Die scrabble-indeling klopt natuurlijk ook niet met de werkelijkheid. Bij Scrabble gaat het natuurlijk om leuke, bijzondere woorden, terwijl blogjes volstaan met de-, het- en een-achtige woorden. Een normaal mens gebruikt wel 20 keer een E op één keer een Z, denk ik. Als deze scrabblewaarde-indeling klopte zou elke letter ongeveer een even grote totaalwaarde krijgen. Maar goed. Dat mag de pret niet drukken. Ik heb daarom ook nog een ander stuk tekst geanalyseerd, met evenveel woorden, volgens dezelfde methode (die tekst is natuurlijk ook geschreven door iemand met een naam - en dat zou ook weer invloed hebben, maar helemaal neutraal kun je het niet maken en ik kan de auteursnaam niet meer achterhalen, ik heb er in elk geval geen zin in om daar moeite voor te doen. Man. Ik heb al genoeg moeite gedaan met dit simpele triviale schrijfseltje, vindt u niet?) (en er is nog wel meer op aan te merken. Misschien heet die auteur van achteren wel Lydia. Dat kan! En ja, de woorden kunnen veel langer zijn. En duurder- scrabbletechnisch gezien dan. Kan me toch niets schelen. Dit is Purperpollenlogica, en die is al lastig genoeg voor een leek, toch?).
In elk geval zou de gemiddelde waarde van mijn naamletters lager moeten zijn dan 255,8.

De analyse van de andere tekst:

Tekst zakelijk artikel

Letter
Scrabble-waarde
X aantal
Totale waarde:
A
1
289
289
B
3
57
171
C
5
43
215
D
2
182
364
E
1
729
729
F
4
41
164
G
3
109
327
H
4
123
492
I
1
263
263
J
4
63
252
K
3
102
306
L
3
175
525
M
3
98
294
N
1
405
405
O
1
206
206
P
3
41
123
Q
10
1
10
R
2
216
432
S
2
147
294
T
2
281
562
U
4
73
292
V
4
100
400
W
5
41
205
X
8
0
0
Y
8
0
0
Z
4
58
232
















Gemiddelde waarde van alle 26 letters: 290,46
Gemiddelde waarde van mijn naamletters: 288,2

Nou ja, zeg!!!! Ziet u dat ook??? LYDIA is meer waard dan in mijn eigen tekst!!!! Er klopt geen barst van die theorie van die Smeets!!!
Of. Nee hè. Ik bedenk me wat. Ik had natuurlijk de naamletters van Purperpol moeten optellen en middelen!!! (Als ik aan het bloggen ben, voel ik me helemaal Purperpol. Ik heb zelfs een keer de telefoon opgenomen: 'Goedemiddag, met Purperpolletje....')
Nou. Lekker dan. Doe 'k niet.
Dat mag u doen. 's Kijken wie hier overijverig is en de wetenschap pas echt een warm hart toedraagt.

Veel plezier ermee.

Ps. Gezien de reactie van Saskia kom ik op het volgende onderzoeksidee: op ons toetsenbord zijn de n, m en de k het meest gesleten. Ik dacht altijd dat aan de frequentie én het zweet op Grote Pols vingers lag. Welke letters zijn bij u het meest weggesleten?