Journaal: '37% van de kiezers is op komen dagen.'
2.
Na jaren klooien met botte mesjes van respectievelijk Blokker, Xenos en AH kocht ik een echt mes. Een molenmesje. Ooit al eens bij De Wilde Keuken gezien, maar steeds niet tot koop overgegaan. Nu wel. Vlak voor we op vakantie gingen. De laatste dagen in Limburg verlangde ik langzamerhand meer en meer terug naar huis. Niet vanwege de Polletjes, mijn bed, mijn stoel, de bibliotheek, fietsen. Nee. Naar vanwege mijn molenmesje. Het moet niet gekker worden. Hier kun je ze kopen.
3.
Zo is hij.
Zo is hij nu eenmaal.
Een wereld van verschil maken die twee woordjes.
Het drukt een verschil in acceptatie, aanvaarding, van iemand uit. Als je zegt dat iemand zo is, erken je een persoon in zijn wezen, in zijn zijn. Hij mag er zijn zoals hij is. Ook met dat moeilijke gedrag, ook met die nare trekjes, ook met die jampotbril. Het kan uitdrukken dat je verder kijkt dan het gedrag. Wij zeiden vroeger tegen stoute Polletjes: je doet vervelend, maar je bent lief.
Als je zegt dat iemand nu eenmaal zo is, drukt dat naar mijn idee juist geen volledige aanvaarding en erkenning van iemands wezen uit. Het lijkt wel zo, omdat je het met een schouderophalen zegt, maar ondertussen zie je maar een deel. Je ziet het verkeerde, moeilijke, de jampotglazen, maar niet zijn prachtige blauwe ogen.
En je geeft impliciet aan dat er ook geen verandering te verwachten valt. Moedeloos ben je. Of cynisch. Hardvochtig misschien.
Dit nieuwe schooljaar wens ik leerkrachten, kinderen en ouders toe dat ze elkaar werkelijk zullen zien. Heel scherp. Maar ook zacht, met ogen vol liefde.