Van staatssecretaris Heemskerk kregen we het advies dit jaar in Nederland op vakantie te gaan. Hij heeft het trouwens niet eens over de ‘hoofdvakantie’, die voor ons in de regel ook de enige vakantie is…
De afgelopen veertien jaar zijn we welgeteld één keer op vakantie in Het Buitenland geweest. Geen van De Pollen heeft ooit gevlogen, maar naar verwachting zal Elias dit jaar zijn luchtdoop beleven als hij van het geld van zijn folderbaantje een parachutesprong gaat bekostigen. We deden het dus wel netjes. Pompten netjes geld in onze eigen economie en waren zuinig op het milieu. Tot nu toe. Want we willen dit jaar naar Het Buitenland. Vooral De Polletjes. Van Heemskerk zoekt het vast nog wat verderop, wij gaan naar een simpel buurlandje. Want:
Vorige zomer was ons vakantiedieptepunt. Vanaf dag 1 van de zomervakantie was ik ziek. Na twee weken thuis aanmodderen met alarmerende bloedwaarden werd ik in het ziekenhuis opgenomen, net toen het wat beter met me ging en we bijna onze gereserveerde en betaalde kampeerplekje op Texel wilden gaan opzoeken. Een week later, niets wijzer over mijn gezondheid, maar wel enigszins opgeknapt, konden we alsnog afreizen. Grote en Middelste Pol met de auto, waarin alle zooi die je dan meeneemt gestouwd was, Kleine Pol en ik met onze fietsen met de trein. Stralend weer. Onze De Waard-look-a-like-tent vlot opgezet op een mooi plekje, De Polletjes in een handig bijzettentje. De huisstofmijt had zich in het afgelopen jaar heerlijk kunnen ontwikkelen in onze tent. Dus de hele week heb ik geniest. Rode mieren ontdekten het bijzettentje, die hebben we helemaal schoongeveegd en met een doorgesneden ui ingesmeerd. Dat hielp.
Toen begon het te regenen.
En te waaien.
En het was windkracht 5. En toen 6. En toen 7. En af en toe 4. En af en toe even 8. En af en toe zon en droog. Af en toe.
De tent hield het.
En af en toe gingen we Wat Doen. Bijvoorbeeld naar Ecomare (aanrader), naar Den Burg (aanrader), De Koog (afrader), Het Strand (aanrader) en Wandelen (afrader met (pre)pubers). En heel vaak ging ik slapen, want ik was nog lang niet beter, natuurlijk logisch als je een nare chronische ziekte hebt, maar wel vreemd als je dat nog niet weet.
Toen gingen we weer Wat Doen. Naar De Bonte Belevenis, waar we heel leuk kaarsen, zeep, papier en brood maakten (aanrader). Maar. De wind wakkerde aan. Het werd weer windkracht 8. En toen 9.
Opeens werd ik heel onrustig, kreeg stekende hoofdpijn en wilde acuut terug naar de tent. Met wind mee sjeesten we het eiland over en kwamen we aan bij de tent die nog rechtovereind stond. Nog wel. In de tent een plan de campagne gemaakt. Grote Pol wilde wel uit eten bij De Twaalf Balken (Den Burg – aanrader). Ik Niet. Ik wilde bij de tent blijven.
Om 17.50 uur boog één van de drie tentstokken onder het geweld van een windvlaag door. Er was geen redden aan en we moesten alles inpakken en wegwezen.
Om 19.00 uur stonden we vertrekklaar. Om de beurt hadden De Polletjes voor paal gestaan, omdat anders de hele tent in zou storten, terwijl de andere Pollen in storm en regen als een gek alles in de auto smeten. Om 20.00 uur vertrok de laatst haalbare boot, later kon niet, want dan zou de trein ons niet meer thuis kunnen brengen.
Op het laatste moment besloot ik dat Elias met me mee moest fietsen naar de boot, want Elias is (was) veel sterker dan Luuk. Dat bleek een goede beslissing. De wind die we net zo comfortabel tegen onze rug waaide, hadden we nu dus pal tegen. De elf, twaalf kilometer naar de boot toe waren verschrikkelijk. Ik dacht wérkelijk dat ik dood zou gaan. Maar we hebben het gehaald. Wit, trillend en bevend ontmoetten we elkaar weer op de boot.
Dit jaar willen we niet naar Texel. Iedereen die daar wel heengaat: veel plezier gewenst. Denk aan ons. Wij zitten waarschijnlijk in een huisje in België of Duitsland. Weet iemand een goed en veilig adresje daar?
1 opmerking:
O, verschrikkelijk! :o((((
En dat terwijl je toch echt de held van de dag bent ;o)!
Geen tips hier. Wij gaan nóg minder op vakantie ;o)....
Een reactie posten