Ik ben erachter. Ik heb een eeneiige tweelingzus. Bij onze geboorte zijn we dramatisch van elkaar gescheiden, maar via onze blogs hebben we elkaar weer ontmoet. Het rare is, is dat er met onze geboortedata enorm gesjoemeld moet zijn.
Het is Wilmi, van Bezig&Blij. Wel een heel stuk creatiever dan ik, en ook sportiever, maar ook eeneiige tweelingen verschillen hier en daar wel eens wat van elkaar.
Deze week begon ik met hetzelfde eetplan als zij blij bezigt. Zeven kilo viel ze af, ik nog geen gram. Maar zij doet het dus ook al wat langer. Vermoedelijk is zij ook de eerstgeborene van de twee, maar ja, dat weten we dus niet zeker. En ik had gisteren last van dropzucht, dat helpt ook niet. Bij haar is het Tsjakka!, bij mij nog maar een zwak Tsja.
Bij mij wil de rucolakers nog niet groeien, daar ligt het natuurlijk ook aan.
Ik moest maandag highteaën met een vriendin, dat helpt ook al niet.
Straks moet ik eten wat mijn oudste zoon nu klaarmaakt. Iets met veel worst, aardappels en witte bonen in tomatensaus.
Arme ik.
donderdag 28 februari 2013
maandag 25 februari 2013
Een volkomen oninteressant uitje, waarbij we wel de Perfecte Moeder in beeld kregen
Grote Pol en ik hadden een uitje. We hadden elkaar al zo lang niet echt gesproken, met die pubers bij ons in huis is dat behoorlijk gans onmogelijk, en wilden wel weer eens samen iets Leuks doen. Dus zochten we naar een klein plaatsje met een klein museumpje, want we hebben een museumjaarkaart en die willen we er driedubbel en dwars uithalen, en dat plaatsje vonden we, zo'n twintig luttele kilometertjes van ons huis.
Het was rotweer. Maar dat weet u, want het is al weken niet echt fijn buiten. Tenzij u van miezerkou en mistroostigheid houdt. En ik had hoofdpijn. Dat wist u waarschijnlijk niet, maar ik heb al weken hoofdpijn en last van miezermist en koutroostigheid. Dat u het even weet.
Het is tijd voor de lente. Meteorologisch ook zo'n beetje, dus dat komt wel goed. Vanavond hoorde ik de avondzang van de merels hier en die weten het vanwege hun hormonen, dus dan is het zeker in orde met dat voorjaar. Binnenkort.
We liepen wat door dat stadje, toevallig hetzelfde stadje waar de koningin een jaar of wat geleden haar verjaardag vierde, bekeken een paar leuke geveltjes, het hoogteverschil, de molen, de vallende stenen uit de kerktoren en toen hadden we alles gezien. We stapten het museum binnen. Tegelijk met een veteraan uit waarschijnlijk 1830, oorlog met België. Of zo. De steen des tijds had geen effect gehad op zijn praatjes en stemvolume. We bekeken de obligate plaatselijke bodemschatten, de geschiedenis van de plaatselijke heilige, de foto's, bonnenkaarten en persoonsbewijzen uit de Tweede Wereldoorlog onder luid commentaar van de oude man die in het halletje bij de kassa de hele bevolking van dit plaatsje beroddelde met de vrijwilligster.
We werden luidkeels op de hoogte gesteld van alle burentwisten, gekibbel, gekrakeel en wijkwrokjes. Onbedoeld weliswaar, maar ik kon daardoor het bijzondere van de tentoongestelde Spaanse helmen en de prijslijst van de veerman tot me laten doordringen.
Op de bovenverdieping van het museum werd het beter. Hier was een tentoonstelling met werk van een echte schilder ingericht. De veteraan was schier onhoorbaar en we genoten in stilte van de tekeningen en schilderijen.
Toen wij het museum verlieten, verliet ook de veteraan het pand. We kozen de andere richting en spoedden ons naar de plaatselijke lunchroom. Waar we konden praten. Over koetjes en kalfjes, want in zo'n tent ga je het niet over de Grote Dingen in het Leven hebben. En daar, in die broodjeszaak, zag ik de Perfecte Moeder.
U wilt weten wat ik een perfecte moeder vind? Dat is er een met drie mooie kindertjes, van drie, zes en acht, zeg maar. Die alledrie een moorkop bestellen en deze geheel zelfstandig opeten, met veel geknoei en zonder servetjes en uiteindelijk donkerbruine wangen. Zijzelf deelt ondertussen rustig, met een vieze, maar gelukzalige peuter op schoot, haar broodje filet americain met haar kinderen die dat gewoon durven te proeven. Inclusief de rucola, rauwe ui en sliertjes mierikswortel. En dat dan ook nog lekker schijnen te vinden. Daar kunnen de Polletje nog wat van leren.
Toen werd het tijd om de plaatselijke HEMA te betreden. En ook nog de Blokker, want we hadden een stoffer-en-blik nodig. Dat u dat ook even weet.
Even nog dachten we erover door de koeientunnel te gaan lopen, maar ik bleek te moe.
We reden dus weer naar huis en hadden nog steeds niet over de Belangrijke Dingen des Levens gesproken en we waren weer niet een beetje verliefd geworden op elkaar.
Hoog tijd voor de lente.
Het was rotweer. Maar dat weet u, want het is al weken niet echt fijn buiten. Tenzij u van miezerkou en mistroostigheid houdt. En ik had hoofdpijn. Dat wist u waarschijnlijk niet, maar ik heb al weken hoofdpijn en last van miezermist en koutroostigheid. Dat u het even weet.
Het is tijd voor de lente. Meteorologisch ook zo'n beetje, dus dat komt wel goed. Vanavond hoorde ik de avondzang van de merels hier en die weten het vanwege hun hormonen, dus dan is het zeker in orde met dat voorjaar. Binnenkort.
We liepen wat door dat stadje, toevallig hetzelfde stadje waar de koningin een jaar of wat geleden haar verjaardag vierde, bekeken een paar leuke geveltjes, het hoogteverschil, de molen, de vallende stenen uit de kerktoren en toen hadden we alles gezien. We stapten het museum binnen. Tegelijk met een veteraan uit waarschijnlijk 1830, oorlog met België. Of zo. De steen des tijds had geen effect gehad op zijn praatjes en stemvolume. We bekeken de obligate plaatselijke bodemschatten, de geschiedenis van de plaatselijke heilige, de foto's, bonnenkaarten en persoonsbewijzen uit de Tweede Wereldoorlog onder luid commentaar van de oude man die in het halletje bij de kassa de hele bevolking van dit plaatsje beroddelde met de vrijwilligster.
We werden luidkeels op de hoogte gesteld van alle burentwisten, gekibbel, gekrakeel en wijkwrokjes. Onbedoeld weliswaar, maar ik kon daardoor het bijzondere van de tentoongestelde Spaanse helmen en de prijslijst van de veerman tot me laten doordringen.
Op de bovenverdieping van het museum werd het beter. Hier was een tentoonstelling met werk van een echte schilder ingericht. De veteraan was schier onhoorbaar en we genoten in stilte van de tekeningen en schilderijen.
Toen wij het museum verlieten, verliet ook de veteraan het pand. We kozen de andere richting en spoedden ons naar de plaatselijke lunchroom. Waar we konden praten. Over koetjes en kalfjes, want in zo'n tent ga je het niet over de Grote Dingen in het Leven hebben. En daar, in die broodjeszaak, zag ik de Perfecte Moeder.
U wilt weten wat ik een perfecte moeder vind? Dat is er een met drie mooie kindertjes, van drie, zes en acht, zeg maar. Die alledrie een moorkop bestellen en deze geheel zelfstandig opeten, met veel geknoei en zonder servetjes en uiteindelijk donkerbruine wangen. Zijzelf deelt ondertussen rustig, met een vieze, maar gelukzalige peuter op schoot, haar broodje filet americain met haar kinderen die dat gewoon durven te proeven. Inclusief de rucola, rauwe ui en sliertjes mierikswortel. En dat dan ook nog lekker schijnen te vinden. Daar kunnen de Polletje nog wat van leren.
Toen werd het tijd om de plaatselijke HEMA te betreden. En ook nog de Blokker, want we hadden een stoffer-en-blik nodig. Dat u dat ook even weet.
Even nog dachten we erover door de koeientunnel te gaan lopen, maar ik bleek te moe.
We reden dus weer naar huis en hadden nog steeds niet over de Belangrijke Dingen des Levens gesproken en we waren weer niet een beetje verliefd geworden op elkaar.
Hoog tijd voor de lente.
zaterdag 23 februari 2013
De gedaantewisselingen van mijn eerstgeborene
Mijn zoon wordt salesman. Hij is aangenomen bij zo'n Amerikaansachtigsnellejongensbedrijf en zal ook misschien bij u aanbellen om u een verkeerde interessante verzekering aan te smeren, of hij spreekt u aan op de beurs om u te verleiden tot een donatie aan Emmerstie Internettunal. Of, en op dat taakje hoopt hij zeer, hij test bedden in dure hotels in Rome, St. Gallen, Stockholm, Amsterdam, Berlijn, Praag, New York voor zakenlieden die daarheen moeten.
Slik.
SLIK!
Aan de andere kant: het is vast een hele ervaring. En het is maar voor een paar maandjes. Hoop ik. Want ze beloven hem daar schepen met geld en het zou maar zo kunnen dat onze zoon, die wij toch behoorlijk anders trachtten op te voeden, voor het grote kapitaal gaat kiezen en niet voor die opleiding waarvoor hij zich nu nog wel interesseert.
Bij dat baantje hoort een verkleedpak. ExStudiepol heeft reeds vele gedaanteverwisselingen ondergaan:
Maar in dit verkleedpak zal hij de komende tijd zijn weg moeten vinden. Wensmij hem succes...
Slik.
SLIK!
Aan de andere kant: het is vast een hele ervaring. En het is maar voor een paar maandjes. Hoop ik. Want ze beloven hem daar schepen met geld en het zou maar zo kunnen dat onze zoon, die wij toch behoorlijk anders trachtten op te voeden, voor het grote kapitaal gaat kiezen en niet voor die opleiding waarvoor hij zich nu nog wel interesseert.
Bij dat baantje hoort een verkleedpak. ExStudiepol heeft reeds vele gedaanteverwisselingen ondergaan:
Maar in dit verkleedpak zal hij de komende tijd zijn weg moeten vinden. Wens
woensdag 20 februari 2013
Rode schoenen en een kek jasje
Jawel: Ex-Studiepol is door naar de volgende ronde! Ondanks z'n rode schoenen en z'n kekke, onformele jasje. Dat komt natuurlijk door het eindeloos bekijken van dit filmpje:
Het is absoluut mijn job niet, want volgens mij krijgt hij dit soort orders (ja, klikt u er nu maar even op, want het is een reuze-interessant stukkie!), maar glunderend vertelde hij ook over andersoortige opdrachten die hij mogelijk zou moeten uitvoeren: vijfsterrenhotels in Barcelona testen op geschiktheid voor zakenlieden. Volgens mij vindt hij een zak hooi als matras al helemaal top, want die jongen slaapt bijna overal als een os op, en geef hem een croissant bij het ontbijt en zijn dag kan niet meer stuk. Ik weet niet of die dure zakenlieden wel wat aan zijn oordeel gaan hebben.
Hij is helemaal enthousiast over de enorme bonussen die je kunt verdienen als je een slimme verkoper bent, de geldwolf.
Nou. Dan is dat avondje stropdasstrikken zullen-we-maar-zeggen niet voor niets geweest!
Zucht. En ik heb zo'n hekel aan dat soort bedrijven....
Het is absoluut mijn job niet, want volgens mij krijgt hij dit soort orders (ja, klikt u er nu maar even op, want het is een reuze-interessant stukkie!), maar glunderend vertelde hij ook over andersoortige opdrachten die hij mogelijk zou moeten uitvoeren: vijfsterrenhotels in Barcelona testen op geschiktheid voor zakenlieden. Volgens mij vindt hij een zak hooi als matras al helemaal top, want die jongen slaapt bijna overal als een os op, en geef hem een croissant bij het ontbijt en zijn dag kan niet meer stuk. Ik weet niet of die dure zakenlieden wel wat aan zijn oordeel gaan hebben.
Hij is helemaal enthousiast over de enorme bonussen die je kunt verdienen als je een slimme verkoper bent, de geldwolf.
Nou. Dan is dat avondje stropdasstrikken zullen-we-maar-zeggen niet voor niets geweest!
Zucht. En ik heb zo'n hekel aan dat soort bedrijven....
dinsdag 19 februari 2013
Grote Grap: formele kleding in Huize Pollenstein
Ik lach me rot. Ex-Studiepol moet morgen op sollicitatiegesprek voor de salesbusiness komen. In formele kleding. In heel Huize Pollenstein was geen formeel kledingstuk te vinden. Geen stropdas, geen net overhemd, hooguit een verschoten journalistenjasje, geen zwarte schoenen, niets. Ex-Studiepol heeft alleen spijkerbroeken waarvan hij de zakken altijd volstopt met zakdoeken en andere prutzooi. Hij heeft geen smartphone of iets wat daar ook maar in de verste verte op lijkt. Hij heeft geen nette tas, geen normale jas. Loopt altijd met een palestijnensjaal, op afgetrapte gympen.
Maar hij heeft zin in de baan en hij ziet het helemaal zitten. Hij ziet zichzelf al helemaal als gladde verkoper, strak in het pak.
Vanmiddag werd hij gebeld door de secretaresse van de managing director of recruitment and sales support of zo om een afspraak voor een gesprek te maken. Kunstpol nam op. Kunstpol is het absolute tegenbeeld van formaliteit. De hoogstgeplaatsten in onze kringen (huisarts, dominee, rector van school, burgemeester) spreekt hij net zo aan als zijn vrienden en hij zegt iedereen geheid goedmoedig gedag met een kreet die er fonetisch geschreven ongeveer zo uit ziet: 'Jheueuhihhhh.' Waarbij hij standaard die persoon niet aankijkt. Maar dat zag de secretaresse van de managing director natuurlijk niet. Dat scheelde.
Morgenochtend mag Ex-Studiepol al verschijnen. In formele kleding die hij inderhaast vanmiddag heeft gekocht. Een jasje bij H&M voor €30,-, een stippeltjesstropdas bij V&D voor €5,-, een overhemd had hij nog wel ergens achterin zijn kast, van zijn diploma-uitreiking. En er moesten nog schoenen bij. En toen we rode. sportieve sneakerachtigen zagen, waren we allebei verkocht. De winkeljuffrouwen vonden ze ook al zo leuk voor zo'n frisse, vrolijke jongen en reageerden dolenthousiast toen ze hoorden dat het voor een sollicitatiegesprek in de salesbusiness ging. Nee, dat kon absoluut wel, zo'n schoen! En neeeeee!!! Geen stropdas, vonden ze....
En toen kwamen we thuis en ging ik eens googelen op wat formele kleding nu eigenlijk precies inhoudt. Want dat weet ik dus niet uit mijzelf. Dat soort kennis bezit ik niet. Ook niet ergens in de krochten van de achterafsteegjes in de allerminuscuulste kronkeltjes van mijn kleine linkerhersenhelft.
Zoals eerder vermeld houdt een formele dresscode in dat mannen een drie- of tweedelig pak met een stropdas dragen en vrouwen een (mantel)pak met mooie pumps hieronder. In principe maakt het niets uit of een vrouw hierbij een broek of een rok draagt, maar over het algemeen is een rok iets formeler dan een broek.
Maar hij heeft zin in de baan en hij ziet het helemaal zitten. Hij ziet zichzelf al helemaal als gladde verkoper, strak in het pak.
Vanmiddag werd hij gebeld door de secretaresse van de managing director of recruitment and sales support of zo om een afspraak voor een gesprek te maken. Kunstpol nam op. Kunstpol is het absolute tegenbeeld van formaliteit. De hoogstgeplaatsten in onze kringen (huisarts, dominee, rector van school, burgemeester) spreekt hij net zo aan als zijn vrienden en hij zegt iedereen geheid goedmoedig gedag met een kreet die er fonetisch geschreven ongeveer zo uit ziet: 'Jheueuhihhhh.' Waarbij hij standaard die persoon niet aankijkt. Maar dat zag de secretaresse van de managing director natuurlijk niet. Dat scheelde.
Morgenochtend mag Ex-Studiepol al verschijnen. In formele kleding die hij inderhaast vanmiddag heeft gekocht. Een jasje bij H&M voor €30,-, een stippeltjesstropdas bij V&D voor €5,-, een overhemd had hij nog wel ergens achterin zijn kast, van zijn diploma-uitreiking. En er moesten nog schoenen bij. En toen we rode. sportieve sneakerachtigen zagen, waren we allebei verkocht. De winkeljuffrouwen vonden ze ook al zo leuk voor zo'n frisse, vrolijke jongen en reageerden dolenthousiast toen ze hoorden dat het voor een sollicitatiegesprek in de salesbusiness ging. Nee, dat kon absoluut wel, zo'n schoen! En neeeeee!!! Geen stropdas, vonden ze....
En toen kwamen we thuis en ging ik eens googelen op wat formele kleding nu eigenlijk precies inhoudt. Want dat weet ik dus niet uit mijzelf. Dat soort kennis bezit ik niet. Ook niet ergens in de krochten van de achterafsteegjes in de allerminuscuulste kronkeltjes van mijn kleine linkerhersenhelft.
Zoals eerder vermeld houdt een formele dresscode in dat mannen een drie- of tweedelig pak met een stropdas dragen en vrouwen een (mantel)pak met mooie pumps hieronder. In principe maakt het niets uit of een vrouw hierbij een broek of een rok draagt, maar over het algemeen is een rok iets formeler dan een broek.
De basiskleuren voor deze dresscode beperken zich van donkerblauw tot antracietgrijs. Dit zijn kleuren die betrouwbaarheid en een zakelijke houding uitstralen. Een zwart pak zou eventueel ook kunnen, maar dit straalt al gauw afstandelijkheid uit. Bruin is geen geschikte kleur als je zakelijkheid wil uitstralen. Besteed ook aandacht aan je schoenen. Dus zorg ervoor dat je schoenen zijn gepoetst en dat ze qua kleur, maar ook qua vorm bij je pak passen. Dus geen sneakers of bruine schoenen onder een blauw pak. Let er verder ook op dat je sokken bij je pak passen. Dus of de kleur van je broek of de kleur van je schoenen
Het verschil tussen meer of minder formele kleding is vrij simpel. Informele kleding bestaat vaak uit lichtere kleuren, dessins en patronen, dikkere en ruwere stoffen en suède schoenen. Formele kleding daarentegen bestaat vaak uit donkere kleuren, effen, gladde en zachte stoffen en donkere glimmende schoenen.
We zullen eens zien hoe ver Ex-Studiepol het schopt met zijn oude spijkerbroek (zonder acht halfvuile zakdoeken in de zakken gepropt), blauwe overhemdje (vanavond nog even strijken), casual jasje met armstukken, nokiatelefoontje, stippeltjesstropdas en rode sneakers... Hij zal de manager director in elk geval niet groeten met een joviaal 'Jheueuhihhhh.'
Ik houd u op de hoogte!
maandag 18 februari 2013
Stevig balen en De Tip van de Dag!!!!
U denkt na het lezen van mijn vorige berichtje waarschijnlijk dat ik er ongeveer zo uit zie.
Tja. Dán valt best wel een beetje mee. Denk ik, hoor. Ik schreef het stukje al met een vette knipoog, al baal ik natuurlijk wel STEVIG van de Prednisonbijwerkingentoestanden en heb ik er DIK genoeg van.
O ja. Tip van de dag: lees dit eens! Eindelijk een volger van mij die begrijpt wat ik bedoel, die de waarde van mijn woordkunst juist weet te schatten. Binnenkort biedt zij waarschijnlijk in haar praktijk lessen Purperpolliaans aan! Met een eenmalig gastcollege van me, myself and I... U ziet: ik ben al ontzettend commercieel gaan denken.
Tja. Dán valt best wel een beetje mee. Denk ik, hoor. Ik schreef het stukje al met een vette knipoog, al baal ik natuurlijk wel STEVIG van de Prednisonbijwerkingentoestanden en heb ik er DIK genoeg van.
O ja. Tip van de dag: lees dit eens! Eindelijk een volger van mij die begrijpt wat ik bedoel, die de waarde van mijn woordkunst juist weet te schatten. Binnenkort biedt zij waarschijnlijk in haar praktijk lessen Purperpolliaans aan! Met een eenmalig gastcollege van me, myself and I... U ziet: ik ben al ontzettend commercieel gaan denken.
dinsdag 12 februari 2013
Een heel nieuw woord en een heel persoonlijk ietsje
Twee weken geleden was ik bij de internist. Vol goede hoop, want elke keer zegt mijn bloed en urine tegen die dokter: 'Het gaat goed, erg goed, met Purperpolletje!' Ik zeg weleens iets anders, hoor. En die man begrijpt dat best, maar toch vindt hij het 100 x fijner dat mijn bloed en urine in uitstekende conditie mijn lichaam verlaten. Denk ik. In elk geval kan hij daar meer mee dan met mijn lamlende. (Wow, vind ik daar opeens tussen de regels door weer zo'n prachtig nieuw woord uit!!!! Lamlende. Belooft u me nu even dat woord deze week ook eens te gebruiken? Dank u!)
Ik was dus vol hoop. Ik zou namelijk zo graag na vier jaar op een dosis te zitten die pluizige haren, dikke wangen, een lellende onderkin, volle borsten, een hangbuikje, een bol ruggetje en overbodige haargroei veroorzaakt en keurig onderhoudt, wat minder Prednison willen mogen slikken. Maar nee. Het ging best goed met mij (= urine + bloed), maar net niet goed genoeg. En ja, hij begreep het allemaal best van die harenwangenonderkinborstenhangbuikrugbaard, en ja, hij had echt medelijden met mij, maar nee, het mocht (nog) niet. Wel 25 mg van een ander middeltje eraf, waarna er nu nog 150 gram van overblijft, nou: zoden aan de dijk! Maar daar merk ik in positieve zin niets van. Wel dat ik nog wat draaieriger, moeiiger en hoofdpijneriger ben. Hoera ende holladiejee.
Binnen nu en een week of wat moet ik op de foto. De Foto voor De Website van Mijn Praktijk. En ik vind het al zo'n feest om 's avonds in de spiegel te koekeloeren. Een lieve vriendin komt mij kieken. Ik hoop maar dat mijn stralende, lieve ogen (ahum) het werk gaan doen. En een stukje neus. Ik hoop ook dat er een fee komt, vannacht. Of het elfje Zelfbeeldje. Ha. Ha. 't Is dat ik dáár niet in geloof, want anders....
Ik was dus vol hoop. Ik zou namelijk zo graag na vier jaar op een dosis te zitten die pluizige haren, dikke wangen, een lellende onderkin, volle borsten, een hangbuikje, een bol ruggetje en overbodige haargroei veroorzaakt en keurig onderhoudt, wat minder Prednison willen mogen slikken. Maar nee. Het ging best goed met mij (= urine + bloed), maar net niet goed genoeg. En ja, hij begreep het allemaal best van die harenwangenonderkinborstenhangbuikrugbaard, en ja, hij had echt medelijden met mij, maar nee, het mocht (nog) niet. Wel 25 mg van een ander middeltje eraf, waarna er nu nog 150 gram van overblijft, nou: zoden aan de dijk! Maar daar merk ik in positieve zin niets van. Wel dat ik nog wat draaieriger, moeiiger en hoofdpijneriger ben. Hoera ende holladiejee.
Binnen nu en een week of wat moet ik op de foto. De Foto voor De Website van Mijn Praktijk. En ik vind het al zo'n feest om 's avonds in de spiegel te koekeloeren. Een lieve vriendin komt mij kieken. Ik hoop maar dat mijn stralende, lieve ogen (ahum) het werk gaan doen. En een stukje neus. Ik hoop ook dat er een fee komt, vannacht. Of het elfje Zelfbeeldje. Ha. Ha. 't Is dat ik dáár niet in geloof, want anders....
zondag 10 februari 2013
Het nuttige en het onnuttige verenigen
Ik combineer graag nuttige bezigheden met onnuttiger zaken.
Ik haak een babymutsje terwijl ik televisie kijk.
Ik observeer de hangkraaien voor het huis terwijl ik tandensteek/-stook. (Wist u dat kraaien heel efficiënte voedselzoekers zijn? Daardoor hebben ze tijd over en die kraaien bij ons gaan dan ongelooflijk klieren. Dat hebben ze vast afgekeken van bepaalde bewoners van dit huis...)
Ik oefen de tafel van 467,5 terwijl ik op de trein wacht.
Ik neem een voetbad terwijl ik een boek lees.
Ik zwem terwijl ik bijklets met een vriendin.
Ik douch terwijl ik een boodschappenlijstje maak.
En ik speel een spelletje op de computer terwijl ik naar een luisterboek luister. En over die luisterboeken wilde ik het eens hebben. Die leen ik uit de bieb en het eerste wat me opvalt is dat de lettertjes op de achterkant van het hoesje zo ontiegelijk klein zijn. Wie luistert er naar een luisterboek? Gekken als ik, maar ook mensen die moeite hebben met lezen. Omdat ze blind zijn. Blinden kunnen dat namelijk niet met hun ogen, da's knap lastig. Voor hen maakt het niet uit dat die letters zo klein zijn. Braille ontbreekt overigens al helemaal op die doosjes. Ik denk dat de bieb denkt dat blinden de bieb niet zien staan.
Slechtzienden en dyslectici willen ook wel eens een boek horen, denk ik En ik denk dat zij ook best een keuze willen maken uit dat aanbod van de bieb. Nou, ik denk dat ze met geen mogelijkheid die letters kunnen lezen. Want ik kan het ook al niet en u kunt veel van me zeggen, maar niet dat ik slechtziend of dyslect ben.
Van de week leende ik weer zo'n boek. Op goed geluk, want ik kon de tekst achterop niet ontcijferen, maar van de schrijfster had ik eerder wat gelezen en mwah, het kon er mee door. Zo groot is het aanbod niet bij ons. En alles beter dan weer een Agatha Christie die ik sowieso al 88 keer gelezen heb.
In het voorwoordje werd trots aangekondigd dat de Schrijver Zelf het boek zou voorlezen. Soms heeft dat meerwaarde. Ze weten waar de klemtonen bedoeld waren en de spanning opgebouwd moet worden. In dit geval, en in veel meer gevallen (Anna Enquist leest De verdovers - ik viel erbij in slaap!, Aaf Brandt Corstius leest Het jaar dat ik dertig werd - Saaaaaiiii), hadden ze het beter anders kunnen doen. De schrijfster lispelt en smispelt en heeft een ouderwets kleuterjuffentoontje waardoor ik me vijf voel als ik haar beluister. Bij elke /r/ laat ze haar tongpunt minimaal vijf keer te vaak trillen en iedere slot-n hoor ik nagalmen (overrrrmorrugunnnnvrrrrroeg).
Maar schrrrrrijven en voorrrrlezen zijn twee verschillende dingen. En die kun je beter niet combineren. Nee. Een blogberichtje schrijven terwijl ik het toetsenbord schoonpeuter, dat gaat nog nét! En dan mag u zeggen welke van de twee het nuttigst is.
Ik haak een babymutsje terwijl ik televisie kijk.
Ik observeer de hangkraaien voor het huis terwijl ik tandensteek/-stook. (Wist u dat kraaien heel efficiënte voedselzoekers zijn? Daardoor hebben ze tijd over en die kraaien bij ons gaan dan ongelooflijk klieren. Dat hebben ze vast afgekeken van bepaalde bewoners van dit huis...)
Ik oefen de tafel van 467,5 terwijl ik op de trein wacht.
Ik neem een voetbad terwijl ik een boek lees.
Ik zwem terwijl ik bijklets met een vriendin.
Ik douch terwijl ik een boodschappenlijstje maak.
En ik speel een spelletje op de computer terwijl ik naar een luisterboek luister. En over die luisterboeken wilde ik het eens hebben. Die leen ik uit de bieb en het eerste wat me opvalt is dat de lettertjes op de achterkant van het hoesje zo ontiegelijk klein zijn. Wie luistert er naar een luisterboek? Gekken als ik, maar ook mensen die moeite hebben met lezen. Omdat ze blind zijn. Blinden kunnen dat namelijk niet met hun ogen, da's knap lastig. Voor hen maakt het niet uit dat die letters zo klein zijn. Braille ontbreekt overigens al helemaal op die doosjes. Ik denk dat de bieb denkt dat blinden de bieb niet zien staan.
Slechtzienden en dyslectici willen ook wel eens een boek horen, denk ik En ik denk dat zij ook best een keuze willen maken uit dat aanbod van de bieb. Nou, ik denk dat ze met geen mogelijkheid die letters kunnen lezen. Want ik kan het ook al niet en u kunt veel van me zeggen, maar niet dat ik slechtziend of dyslect ben.
Van de week leende ik weer zo'n boek. Op goed geluk, want ik kon de tekst achterop niet ontcijferen, maar van de schrijfster had ik eerder wat gelezen en mwah, het kon er mee door. Zo groot is het aanbod niet bij ons. En alles beter dan weer een Agatha Christie die ik sowieso al 88 keer gelezen heb.
In het voorwoordje werd trots aangekondigd dat de Schrijver Zelf het boek zou voorlezen. Soms heeft dat meerwaarde. Ze weten waar de klemtonen bedoeld waren en de spanning opgebouwd moet worden. In dit geval, en in veel meer gevallen (Anna Enquist leest De verdovers - ik viel erbij in slaap!, Aaf Brandt Corstius leest Het jaar dat ik dertig werd - Saaaaaiiii), hadden ze het beter anders kunnen doen. De schrijfster lispelt en smispelt en heeft een ouderwets kleuterjuffentoontje waardoor ik me vijf voel als ik haar beluister. Bij elke /r/ laat ze haar tongpunt minimaal vijf keer te vaak trillen en iedere slot-n hoor ik nagalmen (overrrrmorrugunnnnvrrrrroeg).
Maar schrrrrrijven en voorrrrlezen zijn twee verschillende dingen. En die kun je beter niet combineren. Nee. Een blogberichtje schrijven terwijl ik het toetsenbord schoonpeuter, dat gaat nog nét! En dan mag u zeggen welke van de twee het nuttigst is.
donderdag 7 februari 2013
Onderzoekje
Pas op: u heeft hier te maken met een gek. Een bepaaldtypegek. Ik weet niet welke invloed dit stukje op u heeft, maar het kán dus zo zijn dat u door het lezen hiervan besmet raakt. Met een soort cyberbepaaldtypegektevirus dus. Zo erg is het met me. Misschienhoogstwaarschijnlijkwellichtvermoedelijk.
Lange tijd dacht ik dat ik de enige bepaaldtypegek was. Dat ik geheel uniek in mijn eigen gekkigheid was. Dat ik de enige was die van sommige rare dingen last heeft, die bepaalde gekke dingen doet of denkt, maar dat schijnt toch niet zo te zijn. Ik leende uit de bieb een boekje met columns van iemand en zij denkt/doet/vindt soms precies hetzelfde als ik. Misschien heb ik haar onbewust dus wel besmet. Heeft ze na mij uit mijn kopje gedronken, aan dezelfde buslus gehangen, in mijn ziekenhuisbedje gelegen, op dezelfde kleuterschoolmat gekoprold, hetzelfde bibliotheekboek geleend, in hetzelfde water gezwommen, op dezelfde wc-bril gezeten. Je weet nooit hoe dat infecteren werkt.
En nu dacht ik, gek misschien, dat u als lezer van dit blog ook wel last heeft van die gekkigheden. Dat zou betekenen dat ik nog wat minder uniek ben dan ik dacht. Dat vind ik helemaal niet erg, hoor. Want ik blijf toch wel het uniekst van iedereen. En ook als dat niet zo is, dan is het toch zo, in mijn optiek dan. Hoort bij mijn gekte.
Wilt u aangeven in het enquêteformulier met welke gekkigheden u ook behept bent? Dan zal ik daar op unieke purperpolleriaanse wijze écht wetenschappelijk onderzoek naar doen. En u mag nog meer eigengekkigheden toevoegen, want dikke kans dat ik ze ook heb. Ik ken mijzelf. Nu ik die enquête al gemaakt heb, bedenk ik zó weer vier, vijf nieuwe bepaaldtypegekkigheden.
Gek mens ben ik, hè?
Lange tijd dacht ik dat ik de enige bepaaldtypegek was. Dat ik geheel uniek in mijn eigen gekkigheid was. Dat ik de enige was die van sommige rare dingen last heeft, die bepaalde gekke dingen doet of denkt, maar dat schijnt toch niet zo te zijn. Ik leende uit de bieb een boekje met columns van iemand en zij denkt/doet/vindt soms precies hetzelfde als ik. Misschien heb ik haar onbewust dus wel besmet. Heeft ze na mij uit mijn kopje gedronken, aan dezelfde buslus gehangen, in mijn ziekenhuisbedje gelegen, op dezelfde kleuterschoolmat gekoprold, hetzelfde bibliotheekboek geleend, in hetzelfde water gezwommen, op dezelfde wc-bril gezeten. Je weet nooit hoe dat infecteren werkt.
En nu dacht ik, gek misschien, dat u als lezer van dit blog ook wel last heeft van die gekkigheden. Dat zou betekenen dat ik nog wat minder uniek ben dan ik dacht. Dat vind ik helemaal niet erg, hoor. Want ik blijf toch wel het uniekst van iedereen. En ook als dat niet zo is, dan is het toch zo, in mijn optiek dan. Hoort bij mijn gekte.
Wilt u aangeven in het enquêteformulier met welke gekkigheden u ook behept bent? Dan zal ik daar op unieke purperpolleriaanse wijze écht wetenschappelijk onderzoek naar doen. En u mag nog meer eigengekkigheden toevoegen, want dikke kans dat ik ze ook heb. Ik ken mijzelf. Nu ik die enquête al gemaakt heb, bedenk ik zó weer vier, vijf nieuwe bepaaldtypegekkigheden.
Gek mens ben ik, hè?
zaterdag 2 februari 2013
Foute grap
Exstudiepol en ik sorteren de lego weer eens verder. Wat een project om alles weer in oude staat en samenstelling te herstellen! Een groot deel verkopen we nu in een keer en vandaag is daarmee aan het uitzoekwerk een eind gekomen. Heerlijk. Nu nog alles op marktplaats zetten, schoonmaken (zucht) en verkopen maar.
We werden er melig van en Exstudiepol maakte een boel foute grappen. Een ervan wil ik u niet onthouden:
Ik: Ik zoek dat rare grijze ding.
Exstudiepol: O, je bedoelt opa?
We werden er melig van en Exstudiepol maakte een boel foute grappen. Een ervan wil ik u niet onthouden:
Ik: Ik zoek dat rare grijze ding.
Exstudiepol: O, je bedoelt opa?
vrijdag 1 februari 2013
Ook ik, zélfs ik, ga op mijn moeder lijken
O, als ik maar nooit, nóóit, zoals mijn moeder zou worden. Ik kon het me ook geenszins voorstellen dat dat zou gebeuren. Maar met het klimmen der jaren is het tóch gebeurd. Het was onafwendbaar. Ik zal het u zo dadelijk bewijzen. Het gekke is dat ik het eigenlijk, heel stiekem, laat het haar niet horen, nu het eenmaal zover is, helemaal niet zo erg vind. Hoe Grote Pol erover denkt, weet ik eigenlijk niet. Hij is best gesteld op zijn schoonmoedertje, en dát mag ze best weten.
Voor onze slaapkamer fabriekte ik vandaag eindelijk een lamp. De lampen die in de winkel te koop zijn, vind ik meestal niet mooi, of veel te duur. Dat is óók al erfelijk bepaald, overigens. Ik zal u eerst enkele voorbeelden tonen van de lampen die mijn moeder maakte. En daarna dus mijn eigen lamp. Dat is dus wel afdoende bewijs, dacht ik zo.
Een paar lampen mijner moeder (op de bovenste zes foto's sta ik zelf ook):
Mijn lamp (ik zal 'm nog keurig afwerken, hoor, zónder kraaltjes, dat dan weer wel):
Hij past bij mijn gordijn, vandaar:
Voor onze slaapkamer fabriekte ik vandaag eindelijk een lamp. De lampen die in de winkel te koop zijn, vind ik meestal niet mooi, of veel te duur. Dat is óók al erfelijk bepaald, overigens. Ik zal u eerst enkele voorbeelden tonen van de lampen die mijn moeder maakte. En daarna dus mijn eigen lamp. Dat is dus wel afdoende bewijs, dacht ik zo.
Een paar lampen mijner moeder (op de bovenste zes foto's sta ik zelf ook):
Hij past bij mijn gordijn, vandaar:
En u, lijkt u ook zo op uw moeder?
Abonneren op:
Posts (Atom)